2022 wordt een bijzonder jaar voor GAIA. Er staan zoals gewoonlijk weer heel wat campagnes op stapel, maar daarbovenop blaast GAIA ook nog eens 30 kaarsjes uit. Een uitgelezen moment dus voor een gesprek met de twee bezielers van België’s bekendste dierenrechtenorganisatie, directeur Ann De Greef en voorzitter Michel Vandenbosch.
Ann en Michel, jullie zijn erbij vanaf het eerste uur. Hoe zijn jullie destijds begonnen?
Michel: Ik zette mijn eerste stappen voor het dierenactivisme al in 1985, met het schandaal van Koning Boudewijn die drie chimpansees in deerniswekkende toestand illegaal cadeau had gekregen van Mobutu. Nog vóór GAIA dus. Mijn analyse was: ‘Er gebeurt hier van alles verkeerd met de dieren, en niemand blijkt daarvan op de hoogte noch daaraan iets te doen, dus laten we de samenleving bombarderen met zoveel mogelijk schandalen die we onthullen.’ Het is met die strategie dat we ook begonnen zijn met GAIA, in 1992. In het begin waren we met twee, Ann en ik.
Jullie deden waarschijnlijk alles zelf dan?
Michel: Inderdaad, van A tot Z.
Ann: Fondsenwerving, voordrachten in scholen, teksten schrijven, poetsen, panelen maken, voordrachten, boekhouding, alles.
En deden jullie dat van thuis uit of hadden jullie al een locatie?
Michel: Ons allereerste lid, Mary Beck, had ons een zolderkamertje ter beschikking gesteld, in Zele. We werkten er nachten door om dan de volgende morgen een persconferentie te geven in Brussel. Ik herinner me zo’n persconferentie over de valpartijen met fatale afloop op Waregem Koerse. We hadden heel de nacht doorgewerkt in de bittere kou, want het vroor dat het kraakte en de verwarming was uitgevallen. We moesten toen dossiers typen met onze handschoenen aan, de hele nacht lang, om dan de volgende morgen om 10 uur een persconferentie te geven.
BRIGITTE BARDOT
Richtten jullie GAIA 30 jaar geleden op met de bedoeling er een grote, structurele organisatie van te maken?
Ann: Nee de bedoeling was om een organisatie op te richten en te stoppen na twintig jaar als alles opgelost was. (lacht)
Michel: Wij zijn naar Amerika gegaan in 1991, om bij PETA de knepen van het vak te leren.
Ann: Niet alleen bij PETA hoor, bij verschillende organisaties. In België bestond er vóór GAIA niets op dat vlak, enkel asielen.
Michel: Ja, hulpverleningsbewegingen die nu nog altijd bestaan en ook nodig zijn, natuurlijk. Maar wij wilden meer zijn dan louter opvang. Als mensen het hadden over ‘dierenwelzijn’ hadden ze het alleen over honden en katten. Daar wilden wij verandering in brengen. We wisten dat we die notie van dierenwelzijn moesten uitbreiden en aantonen dat er nog heel veel andere dieren zijn die in veel grotere aantallen lijden dan honden en katten, en dat daar eigenlijk geen enkele organisatie de stem voor was.
Ann: Met dat sensibiliseren zijn we begonnen toen ik als vrijwilliger werkte bij Veeweyde, waar Michel toen aan de slag was. Samen organiseerden wij allerlei acties.
Michel: Inderdaad, zo ontdekten we op Brucargo, Zaventem, transportkisten vol dode, wild gevangen exotische vogels en waren we tot ‘s morgens vroeg in de weer om de overlevende dieren over te brengen naar volgelopvangcentra.
Ann: Ik had eerst naar de Fondation Brigitte Bardot gebeld, uit Frankrijk, om te vragen of ik een afdeling mocht oprichten in België. Maar België interesseerde hen niet. Dan heb ik Greenpeace België gecontacteerd en voorgesteld om een afdeling op te richten, specifiek over dieren. Ook zij hadden geen interesse, maar raadden me aan om eens naar ene Michel Vandenbosch van Veeweyde te bellen, ‘want die houdt zich bezig met andere dieren dan honden en katten’. Iets later zijn Michel en ik samen naar Amerika gereisd om te zien hoe ze het daar aanpakten.
We werden er uitgenodigd voor zogenaamde ‘work parties’ en wij dachten ‘oh tof, feestje!’. Maar we kregen er allerlei klusjes in de handen geduwd en ondertussen konden we dan met een paar mensen praten. (lacht) We zijn ook naar een congres geweest en een betoging in Washington. Toen we terug thuis waren, hebben we uiteindelijk toch besloten om geen afdeling van ‘s werelds grootste dierenrechtenorganisatie PETA op te richten, maar om een eigen Belgische organisatie uit te bouwen.
TOTAAL ONREALISTISCH
Michel: Onze eerste betrachting met GAIA was van politieke aard. We hadden meteen door dat zolang dierenwelzijn een bevoegdheid zou blijven van de minister van Landbouw, er van verbetering niet veel in huis zou komen. De Morgen kopte in het groot, in ’92 al, dat GAIA een minister van Dierenwelzijn eiste, en dat we Dierenwelzijn wilden afsplitsen van Landbouw. In de politieke wereld vond men dat totaal onrealistisch, maar we hebben doorgezet en kijk wat we vandaag hebben: drie volwaardige ministers van Dierenwelzijn, gescheiden van Landbouw. Wij zijn doorzetters, pitbulls, wij bijten ons ergens in vast en lossen niet meer.
Niet lang na de start van GAIA hadden we al een revolutionair resultaat behaald, op politiek niveau: het verbod op straatpaardenkoersen. Dat was een eerste mijlpaal waarmee we veel indruk maakten en meteen op de kaart stonden. Voor de allereerste keer hadden we de hele maatschappij beklijfd met undercoverbeelden die we in riskante omstandigheden waren gaan filmen. Op een bepaald moment werden we herkend en heb ik het nog op een lopen moeten zetten. Die beelden kwamen toen op tv. Mensen hadden nog nooit zoiets gezien hier in België.
Onze tegenstanders en al diegenen die ons als gekken verklaarden, moesten inbinden. We hadden zelfs een regeringscrisis veroorzaakt. De minister van Landbouw, die tegen een verbod was op die barbaarse straatpaardenkoersen, heeft moeten plooien. Een hele groep mensen met een hart voor dieren is ons gevolgd. Zij voelden dat GAIA zou uitgroeien tot een organisatie die het verschil maakt.
Dat moet nogal een kick geven, om zo’n acties te ondernemen en de volgende dag in de krant te staan.
Ann: Ja, maar je hebt geen tijd om daarbij stil te staan.
Michel: Onze slag thuishalen en al die vijandigheid overwinnen, geeft veel voldoening. We waren uiteraard blij dat er aandacht kwam voor al die vergeten dieren, want als er niet over gepraat wordt, bestaat het probleem voor veel politici niet.
Ann: In het begin van GAIA werkte ik nog in het reisbureau, waar ik dus dikwijls ging werken zonder geslapen te hebben. Onderweg hallucineerde ik dan soms en zag op de snelweg dieren overlopen die er niet waren. Je bent zo op dat je niet meer kunt zeggen ‘amai, dat is wel fantastisch wat we hier gerealiseerd hebben’. Mijn moeder herinnerde mij daar wel altijd aan, zo van: ‘Zeg, ge staat weer in de gazet, goed hé!’.
Michel: Mijn moeder maakte zich vooral veel zorgen, zeker in de beginjaren. Onze allereerste actie was een inval in een kippenslachterij, wat nog nooit gebeurd was in België, dat was du jamais vu. Om vijf uur ’s morgens vallen wij daar binnen met de GAIA Action Truck. Die slachters zagen dus opeens een vrachtwagen binnenrijden en in plaats van kippen kwamen daar actievoerders uit. We sloten er onmiddellijk de elektriciteit af, zodat de slachtlijn niet meer werkte.
Jullie waren er met verschillende mensen dan?
Michel: Ja, tientallen mensen en zelfs journalisten waren mee in die vrachtwagen. Heel indrukwekkend, maar Ann en ik hadden nooit tijd om daarbij stil te blijven staan. Wij waren al aan het denken aan de volgende actie.
UIT Z'N VOEGEN
Denken jullie dat we nu, 30 jaar later, in een betere wereld voor dieren leven?
Michel: In België in ieder geval ja, als je het vergelijkt met 30 jaar geleden. Beeld je in uit welke wereld wij komen en welke vooruitgang wij voor de dieren gerealiseerd hebben.
Ik heb de tijd meegemaakt dat als een parlementslid in het federale parlement een vraag durfde te stellen over dierenleed, er geknord, gemiauwd of geblaft werd. Met dierenleed werd gelachen. Als iemand dat vandaag zou doen, zou die met pek en veren buiten gejouwd worden. Mocht je mij vroeger verteld hebben wat we na 30 allemaal gerealiseerd zouden hebben, ik zou het waarschijnlijk niet hebben kunnen geloven. Trouwens, het is Ann die mij over de streep heeft getrokken om GAIA op te richten. Zelf stond ik daar behoorlijk twijfelachtig tegenover.
Dus zonder Ann zou er geen GAIA geweest zijn?
Ann: Dan zou Michel nu nog bij Veeweyde gezeten hebben.
Michel: (lacht) Jaja, zij heeft mij gepusht, dat is een feit, en ik heb dan maar gezegd ‘Allez komaan, we gaan er dan maar voor’. Dat heb ik mij uiteraard niet beklaagd.
Was jij meer visionair op dat vlak, Ann?
Ann: Visionair? Nee, ik was ervan overtuigd dat er een organisatie nodig was die opkomt voor al die andere dieren, en niet alleen voor honden en katten.
Binnenkort verhuist GAIA naar een nieuwe locatie. Vanwaar die verhuis eigenlijk.
Michel: Als je ergens 16 jaar bent, en je merkt dat het er uit z’n voegen begint te barsten, dan is de tijd gekomen.
Betekent dat dan ook een nieuw hoofdstuk in het boek van GAIA?
Michel: Absoluut. Het is weer een bladzijde die omgedraaid wordt en het is ook met het oog op een duurzame toekomst. Het nieuwe GAIA-kantoor heeft alles in zich om nog efficiënter te werken en voort te bouwen.
MOOISTE HERINNERING
In 2022 blaast GAIA 30 kaarsjes uit, hoe wordt die verjaardag gevierd?
Michel: We gaan er een spetterende dag van maken, waarbij gelijkgezinden met een hart voor dieren elkaar kunnen ontmoeten. Mensen zullen er niet alleen te weten komen wat GAIA heeft verwezenlijkt, maar vooral ook wat de toekomst biedt. En dat de strijd doorgaat, met des te meer wilskracht. Eigenlijk is 10 juni de verjaardag, maar we geven het grote feest op 23 oktober.
Ann: Hopelijk wordt de verjaardag gevierd met een verbod op onverdoofd slachten in Brussel. Dat zou mooi zijn.
Wat mogen de mensen nog zoal verwachten dit jaar?
Ann: Een symposium over kweekvlees onder andere, het eerste in België daarover. Met wetenschappers, start-ups, de politieke wereld, de retailers, alle stakeholders.
Michel: Door een transitie naar kweekvlees zullen dieren niet meer hoeven te lijden en te sterven voor onze voeding.
En hoe belangrijk is de aanstelling van een EU-Commissaris voor Dierenwelzijn voor GAIA?
Ann: Heel belangrijk, naar analogie met de aanstelling van een minister van Dierenwelzijn, die we in Vlaanderen, Wallonië en Brussel verwezenlijkt hebben. Veel mensen zeggen ‘wat maakt dat uit, of dat nu in de titel staat of niet?’. Maar dat maakt veel uit, want het thema krijgt meer aandacht. Er worden ook meer middelen uitgetrokken dan, op het vlak van beleid, personeel en tijd.
Wat is ten slotte jullie mooiste herinnering aan 30 jaar GAIA?
Michel: Och, dat zijn er zoveel. Dat de pelsdierkweek verboden is in heel België, het Vlaamse en Waalse verbod op onverdoofd slachten, daar mogen we echt wel trots op zijn, we hebben er bijna 30 jaar voor gestreden. En dat het EU-Hof van Justitie en het Belgisch Grondwettelijk Hof uiteindelijk hun zegen hebben gegeven voor die verboden op onverdoofde slachten. ‘Jullie hebben geschiedenis geschreven’, liet Bart De Wever me weten.
En volgens jou, Ann?
Ann: Ik vind het meest indrukwekkende dat mensen ons zodanig vertrouwen dat ze ons geld geven. Wij hebben nul euro subsidies, dus alles wat hier staat, van de stoel waarop we zitten tot de benzine die onze voorlichters in hun auto doen om naar de scholen te gaan, is betaald door een Vlaming, een Waal of een Brusselaar. ik vind dat eigenlijk wel fantastisch, want ze zouden het ook aan iemand anders kunnen geven hé, of eens extra op restaurant gaan. Maar dan zouden wij gewoonweg niet bestaan.
Michel: Dat bevestigt dat het vertrouwen alleen maar groter is geworden, doorheen de jaren, op basis van het feit dat we ook wel opleveren. Er zijn 85.000 mensen die ons steunen, die vertrouwen hebben in ons. Daar ben ik heel dankbaar voor.
Het werk van GAIA steunen met een gift kan gemakkelijk hier. Bedankt voor alles wat u voor de dieren doet!