De Wereldhandelsorganisatie (WTO) heeft vandaag haar rapport betreffende het Europees handelsverbod op producten afkomstig van de zeehondenjacht ingediend. Canada en Noorwegen hadden dit verbod, dat van kracht is sinds 2009, aangevochten. Beide landen, die een economisch belang hebben bij de zeehondenjacht, hadden een klacht ingediend bij de WTO, stellende dat de Europese Verordening indruist tegen de internationale handelsregels. Maar de WTO oordeelt nu dat het verbod rechtsgeldig is. Dierenrechtenorganisatie GAIA, die campagne voerde voor het handelsverbod, is bijzonder verheugd met dit nooit eerder geziene standpunt.
De deskundigen van de WTO hebben in hun verslag bevestigd dat de motivering van het Europees verbod conform is met de voorschriften. Het rapport benadrukt dat het dierenwelzijn een wereldwijde bekommernis voor de maatschappij en burgers vormt en geeft aan dat de beperkende maatregelen van de EU, die rekening houden met deze bezorgdheid, gegrond zijn.
Voor de allereerste keer sinds haar oprichting spreekt de WTO zich uit over een kwestie betreffende het dierenwelzijn.
Belangrijk precedent
Voor GAIA is dit een historisch rapport dat een belangrijk precedent kan scheppen. "Door het verbod op de verkoop van producten afkomstig van zeehonden goed te keuren, bewijst de WTO dat het dierenwelzijn een geldig criterium vormt om de invoer van bepaalde goederen te beperken. In de toekomst zou de invoer van andere dieronvriendelijke producten ook kunnen verboden worden", zo stelt GAIA-directeur Ann De Greef.
Abnormale uitzondering
De Europese Verordening inzake de zeehondenjacht voorziet een uitzondering: de verkoop van producten afkomstig van de traditionele zeehondenjacht door inheemse gemeenschappen, zoals de Eskimo's. De WTO stelt daaromtrent dat deze uitzondering indruist tegen de handelsregels en dat de toepassing ervan problematisch is.
De voortrekkersrol van België
België heeft een sleutelrol gespeeld in het kader van het Europees verbod. Naar aanleiding van de acties gevoerd door GAIA en IFAW, heeft ons land als eerste deze maatregel op nationaal niveau goedgekeurd in 2008. Volgens schattingen zouden sinds de goedkeuring van de Europese Verordening in 2010 meer dan 1.000.000 zeehonden gespaard zijn van een gruwelijke dood onder de knuppels van jagers. Tot dusver hebben in het totaal 34 landen een verbod opgelegd op de verkoop van dergelijke producten (voornamelijk bont), waarvan de 28 landen van de EU, Rusland en de Verenigde Staten. Canada en Noorwegen kunnen wel nog beroep aantekenen bij de WTO.