In de loop van het schooljaar 2015-2016 stimuleerde het team van GAIA Educatie tijdens 252 sensibiliseringsdagen het inlevingsvermogen van meer dan 14.900 leerlingen in 580 klassen uit het basis- en secundair onderwijs. Zo willen ze de toekomst van de dieren in ons land veiligstellen. Een interview met Jane Reniers en Dominic Hofbauer, de twee verantwoordelijken van GAIA Educatie in Vlaanderen, Brussel en Wallonië.
Elk jaar opnieuw vertegenwoordigen jullie GAIA in talloze Belgische klaslokalen. Wat doen jullie zoal?
Jane: Aangezien GAIA een organisatie is die opkomt voor alle dieren die kunnen lijden, ongeacht de soort waartoe ze behoren, bieden wij verscheidene lespaketten aan in de klas, over gezelschapsdieren, dieren in de voedingsindustrie, de relatie tussen dieren en mensen, de status van dieren doorheen de geschiedenis, natuurbeheer met oog voor het individuele dier, het welzijn van dieren bekeken vanuit een evolutionaire en ecologische invalshoek
De verschillende thema’s worden wat taal, beeldmateriaal en informatie betreft aangepast aan de leeftijdscategorie. Ook een les op aanvraag, bijvoorbeeld over de verwezenlijkingen (de Werken) van GAIA of over dieren in dierentuinen behoort tot de mogelijkheden.
Dominic: We willen alle kinderen, naargelang hun eigen mogelijkheden, bewust laten kiezen voor een geweldloze omgang met dieren. Bovendien willen we hun verantwoordelijkheidsgevoel en medeleven voor de dieren aanwakkeren. In lijn met de schoolprogramma's grijpen we daarvoor terug naar een wetenschappelijk onderbouwde methode en een aanpak op maat van de kinderen. De samenwerking met de leerkrachten en de wederzijdse transparantie zijn dan ook van cruciaal belang.
Jullie geven les aan kinderen vanaf 8 jaar. Wat blijft jullie het meeste bij? Hoe reageren de leerlingen?
Jane: Eigenlijk maakt de leeftijd van de kinderen, jongvolwassenen of volwassenen niet uit. Meestal is iedereen wel enthousiast als het om dieren gaat. De bedoeling is samen op ontdekkingsreis te gaan binnen het gekozen onderwerp. Het enige verschil is dat jonge kinderen heel open zijn en vrij intuïtief reageren. Dat laatste is bij de oudere studenten al wat verloren gegaan. Maar bij deze oudere studenten hebben debatten wat meer inhoudelijke diepgang, hoewel kinderen je ook kunnen verbazen!
Dominic: Vaak kijken de leerkrachten zelfs meer op van de beelden dan de leerlingen, of trekken ze grote ogen bij het zien van de cognitieve hoogstandjes of indrukwekkende staaltjes van intelligentie van bepaalde dieren.
Waarom is het belangrijk dat GAIA ook in de scholen actief is?
Jane: Onze aanwezigheid in de scholen is erg belangrijk. Wetenschappelijke studies tonen aan dat lessen op de schoolbanken over omgang met dieren effect kunnen hebben op de houding van de kinderen en jongeren tegenover dieren. Het is ook belangrijk om de leerlingen informatie te verstrekken die ze nog niet kenden, en informatie over de ware aard van dieren te verstrekken om zo aan te zetten tot een respectvolle omgang met dieren. Want « onbekend is onbemind ».
Dominic: Al op erg jonge leeftijd komen kinderen in aanraking met sectoren waarin dieren worden uitgebuit. Het is dan ook niet meer dan logisch dat ook wij ons tot hen richten. Maar volgens mij is het vooral belangrijk om de kinderen duidelijk te maken dat hun genegenheid tegenover dieren, hun empathie of meelevingsvermogen met dieren helemaal niet kinderachtig is. Dat ze die genegenheid en empathie niet moeten opgeven naarmate ze ouder worden. Jane en ik zeggen elkaar wel vaker dat we de kinderen niet zozeer moeten sensibiliseren, maar hun bestaande inlevingsvermogen en sympathie voor de dieren gewoon moeten aanwakkeren.
Jane: En los van de ethische overwegingen : kinderen beseffen best op voorhand
dat huisdieren dagelijks verzorging nodig hebben, dat uitwerpselen opruimen nu eenmaal hoort bij huisdieren houden en dat de hond ook graag wil gaan wandelen als het pijpenstelen giet. Zo wil GAIA de kinderen bijbrengen dat ze een zorgplicht hebben tegenover huisdieren. Dat is belangrijk voor het verantwoordelijkheidsgevoel van het kind en het welzijn van het dier. Een win-win situatie dus.
Dominic: Het is dan ook belangrijk om hen rationele en haalbare mogelijkheden aan te reiken waarop ze verder kunnen bouwen, zodat hun bekommernissen ingang vinden in hun dagelijkse leven.
Welke middelen hebben ze daarvoor ter beschikking?
Jane: Ik stel een heleboel vragen. Zo zet ik hen ertoe aan om zelf na te denken over de aard van dieren, hoe zij denken met dieren te moeten omgaan of wat er fout aan is. In de les maken we ook gebruik van filmpjes en foto’s die aantonen dat ook dieren een rijk palet aan gevoels en intelligentievermogens bezitten waarmee ze zich sociaal gedragen en best in staat zijn om allerlei problemen , die zij in hun dagelijkse leven ervaren, op te lossen. We werken ook met oefenblaadjes, een gezelschapsspel voor de jongsten en verhuren een rondreizende tentoonstelling van meer dan 10 panelen. Daarnaast hebben we een site, www.gaiakids.be, ontwikkeld. Deze site is een plaats voor uitwisseling over het welzijn van dieren voor het jonge publiek, waar ze ons ook rechtstreeks via de site hun vragen kunnen stellen.
Dominic: Jongeren kunnen bovendien op onze GAIA Fanzone terecht, een Facebookpagina die we speciaal voor hen aangemaakt hebben. GAIA Fanzone houden we zo interactief mogelijk. We reageren dan ook elke dag op de vele posts!
Hebben jullie het dan bijvoorbeeld ook over het vegetarisme?
Jane: Ik begin daar niet noodzakelijk zelf over. In het kader van mijn les over dieren in de voedingsindustrie komt de vraag over het doden van dieren voor voeding vaak boven zonder dat ik daar iets over gezegd heb. Maar ook bij de les over huisdieren vragen kinderen af en toe meer informatie over de dieren op hun bord.
Dominic: Onze taak bestaat er volgens mij in om mee te gaan in de redenering van de kinderen, zonder hen iets op te dringen. We moeten hen op basis van de feiten de verschillende standpunten voorstellen die in het belang zijn van de dieren: minder vlees eten, op de labels letten, vegetarisch (geen vlees, ook geen vis) eten of helemaal geen dierlijke producten meer eten. We geven voorbeelden van gerechten of beroemdheden in wiens voetsporen ze kunnen treden. De leerlingen vragen me soms wat ik dan zoal eet en dan antwoord ik daar eerlijk op (ik eet volledig plantaardig).
Vinden jullie dat de kinderen bezorgder zijn om de dieren dan vroeger?
Dominic: Ja, ik heb wel de indruk dat er iets aan het veranderen is in onze samenleving. Het lijkt erop dat we dieren almaar meer als individuen gaan beschouwen. Onder meer televisiedocumentaires maken de ethologische kwesties toegankelijker en bevestigen dat elk dier uniek is, net als wij, dat ze over een eigen leven beschikken, emoties ervaren, affectie tonen, intelligent zijn, een bewustzijn hebben ... en soms ook best eigenwijs kunnen zijn! Je mag zeker ook de invloed van bijna een kwarteeuw GAIA-acties en –campagnes niet onderschatten.
Jane: De wereldvermaarde dierengedragexpert, Frans de Waal, heeft onlangs zelfs een boek uitgebracht: « Zijn wij slim genoeg om te weten hoe slim dieren zijn ?» Dat een etholoog met zulke status dit boek schrijft, duidt al aan hoe zeer de maatschappij aan het veranderen is. In de universitaire opleiding biologie werd -en wordt- het namelijk absoluut niet aangemoedigd om over dieren te denken als individuen.
Hebben jullie concrete voorbeelden van hoe de kinderen de theorie naar de praktijk omzetten? Geven jullie ook les buiten de schoolomgeving?
Dominic: Ja, we hebben al mooie momenten achter de rug. Dan denk ik meteen aan de batterijkippen die door de leerlingen van een school in Nethen werden gered en geadopteerd, of de affiches die we met de kindergemeenteraad in de stad Quaregnon hebben verspreid tegen het achterlaten van dieren, of zelfs de 325 euro die de leerlingen van de gemeenteschool van Chapelle-Lez-Herlaimont inzamelden voor GAIA. Soms nemen de leerlingen ook zelf initiatief en worden ze bijvoorbeeld met het hele gezin lid van GAIA, schrijven ze zich bij ons of bij een dierenasiel in als vrijwilliger, enz.
Jane : Ik heb minder kilometers op de teller dan Dominic, maar ik herinner me de actie van een jong meisje uit Brussel. Mara vond de dagelijkse realiteit die kippen in een legbatterij moeten ondergaan, zo verschrikkelijk dat ze prompt een infostand opzette op school en cake verkocht met eieren van kippen die uit de legindustrie kwamen. Met de opbrengst redde ze nog eens 50 kippen. Tegelijkertijd informeerde ze heel wat mensen over kooivrije merken en de diervriendelijke keuzes die ze elke dag in de supermarkt kunnen maken. Een ander vermeldenswaardig voorbeeld is onze bijdrage aan het onderwijsfestival, dat de Vlaamse overheid organiseerde. Daar werd gebrainstormd over de nieuwe eindtermen. Ik heb er een poster voorgesteld waarmee GAIA pleitte voor de uitbreiding van de bestaande eindtermen van mededogen en respect naar de zwaksten in onze samenleving. Voor ons behoren ook dieren tot de zwaksten in de maatschappij.
Dominic: We hebben ook mooie momenten beleefd met de school La Buissonnière in Crisnée, waar de leerlingen van het 5de leerjaar samen met hun leerkracht Zedenleer een petitie hebben opgestart om zeugen uit hun zogenamde zeugenboxen vrij te krijgen. Hoewel de Europese regelgeving stelt dat de kweekzeugen in groep moeten worden gekweekt, brengen ze nog steeds een derde van hun leven in dergelijke boxen door. Meer dan 15.000 mensen hebben hun petitie ondertekend, en we volgen het project verder op. We hopen nog heel wat gelijkaardige initiatieven te beleven!